ENNL

Nederlandse zeevaart

Modern ondernemerschap

Inleiding

De bedrijven die schepen in de vaart exploiteren worden rederijen genoemd. De personen die verantwoordelijk zijn voor de bedrijfsvoering van een rederij zijn reders. De Nederlandse vloot is niet de grootste, maar wel heel veelzijdig en een uitblinker in verschillende markten. Elke organisatie probeert via een eigen bedrijfsstrategie in de markt te kunnen concurreren. De KVNR houdt zich afzijdig van deze belangen, omdat de vereniging graag alle aangesloten reders goed en onpartijdig wil bedienen.

Impressie

Omvang rederijen

De rederijen die in Nederland gevestigd zijn verschillen enorm van elkaar in omvang. Sommige bedrijven hebben honderden werknemers in dienst om honderden schepen in de vaart te houden, maar Nederland kent ook veel zogeheten kapitein-eigenaren. Dat zijn reders die zelf één of enkele schepen in eigendom hebben. Vaak brengen zij de schepen bij een grote rederij in beheer om bemanningen en bevrachting te regelen.

Het familiebedrijf Van Oord is een bekende rederij in Nederland, niet in de laatste plaats omdat Van Oord een belangrijke spil vormt in de totstankoming van windmolenparken op zee. Die maken Nederland niet alleen groener, ze geven rederijen als Van Oord of Vroon ook de kans om te laten zien waartoe Nederlandse innovatie heeft geleid: toonaangevend in de wereld.

Nederlandse reders staan bekend om hun hang naar innovatie en een duurzame ontwikkeling van de zeescheepvaart. Zij stellen hoge eisen aan kwaliteit, veiligheid en milieu en werken voortdurend aan de verbetering van hun prestaties en dienstverlening. 

De Nederlandse reders zijn verenigd in de KVNR, dat betekent dat ze zich hebben gecommiteerd aan een intensieve samenwerking om collectieve belangen gemeenschappelijk te benaderen. De KVNR is de belangenbehartiger van deze energieke en innovatieve bedrijfstak en vertegenwoordigt vrijwel de gehele Nederlandse zeescheepvaartsector.

Tegelijkertijd zijn rederijen soms elkaars grootste concurrenten, omdat ze zich letterlijk in hetzelfde vaarwater begeven en voor de eigen rederij natuurlijk het best mogelijke resultaat willen behalen. De KVNR houdt zich afzijdig van die marktwerking, maar identificeert wel mogelijkheden om een gelijk speelveld te realiseren waar mogelijk. Vooral op mondiaal vlak is het namelijk van groot belang voor het voortbestaan van de Nederlandse reders dat er voldoende concurrentiekracht is. Niet alleen om mee te kunnen doen op het wereldtoneel, maar ook om onderscheidend en de beste te zijn.

Daarom is het belangrijk dat de reders via de KVNR samenwerken. Een groot voordeel daarvan is dat de KVNR namens de werkgevers in de zeevaart een sociale partner is in de totstandkoming van cao's. Terwijl wordt gezocht naar een goede uitgangspositie van de zeevarenden, zijn de reders door verenigd optreden in staat om op het gebied van de werkgelegenheid goede werkgevers te zijn. 

Type vaart

Door het onvoorspelbare karakter van vaarschema’s in de zeescheepvaart is de aan bemanningswisselingen verbonden logistiek ingewikkeld. Bestemming en haven zijn soms pas kort van tevoren bekend. 

De Nederlandse vloot is voor circa zestig procent actief in het shortsea-vervoer tussen Europese landen en aanpalende landen. Dit shortsea-vervoer (veelal general cargo en multi purpose) is goed voor veertig procent van het totale goederenvervoer tussen de EU-lidstaten. 

In de Nederlandse zeescheepvaart vaart het overgrote deel van de schepen volgens onregelmatige schema’s die meestal worden bepaald door het ladingaanbod per reis, de ‘wilde vaart’. Voor een deel van de wilde vaart geldt dat het vaargebied wereldwijd is, waarbij reizen een duur kunnen hebben tot enkele weken. Korte reizen, plotselinge veranderingen in het vaarschema en eerstvolgende (laad)havens die pas kort van tevoren bekend worden, komen echter meer dan eens voor. Dit is de ‘diepzeevaart’, waarin bemanningswisselingen vaak, maar niet altijd, kunnen worden gepland binnen een termijn van maximaal enkele weken.

Voor het andere deel van de Nederlandse wilde vaart geldt dat het vaargebied zich voornamelijk tot Europa beperkt, de ‘kustvaart’. Korte reizen die gemiddeld een duur hebben van minder dan een week met pas op het laatste moment bekende vaarschema’s zijn hierbij heel gewoon. Voor de kustvaart is de eerstvolgende haven of de daaropvolgende haven vaak pas op zeer korte termijn bekend, of kan deze op zeer korte termijn alsnog wijzigen. Een bemanningswisseling wordt ook hier vanzelfsprekend langer van tevoren gepland, maar de haven waar deze zal plaatsvinden is daarmee in veel gevallen pas laat (soms pas enkele dagen van tevoren) bekend.